Klinkers
Klinkers zijn klanken die we maken met een altijd iets (bv. bij de uu) of ver geopende mond (bv. bij de aa), waarbij de lucht die naar buiten stroomt niet (hoorbaar) wordt belemmerd. Alle klinkers zijn stemhebbend. De plaats waar de klinker in de mond gevormd wordt, kan worden weergegeven in de vorm van een driehoek; de klinkerdriehoek:
De aa is de klank die het verst voor in de mond wordt gevormd, de uu, ie en oe het verst achteraan in de mond. De klinkers worden gekenmerkt door de positie waar de klank in de mond gevormd wordt, maar ook door de opening van de mond en de stand van mn. de lippen en de vorming van de vorm van de tong. Vooral dit laatste onderdeel, de vorming van de vorm van de tong, is niet goed uit te leggen aan kleuters. Het is te abstract,niet zichtbaar te maken en de verschillen zijn te minimaal. Normaal gesproken gaat de vorming van de vorm van de tong automatisch goed. Zo niet, dan is dit een logopedisch probleem en zal er een doorverwijzing naar de logopedist noodzakelijk zijn.
De tong kan a.h.w. een bult vormen, waardoor de opening in de mond toeneemt (bv. bij de aa, tong maakt nauwelijks een bultvorm) of juist afneemt (bv. bij de ie; tong maakt een hoge bult). Enkele voorbeelden ter illustratie:
De kenmerken van de klinkers kunnen kort samengevat volgens dezelfde systematiek als de medeklinkers weergegeven worden als:
– Een klinker eist een bepaalde vorm van onze lippen
- mondbeeld bovenaan de klankkaart
– alle klinkers zijn stemhebbend;
- kleur blauw op de klankkaart
- met hand op de keel
– klinkers zijn kort (a,e,i,o,u) of lang (aa,ee,ie,oo,uu)
- rechthoek op de klankkaart
- Lange beweging met de pijl